Kloosterhaar
Klik op een afbeelding voor meer informatie over dat onderwerp.
Historie
Rond 1800 zijn langs de oude kloosterweg van het klooster Sibculo naar Balderhaar verspreid boerderijen gesticht. Dit gebeurde voor het merendeel door boeren van Duitse afkomst, die hier een bestaan probeerden op te bouwen. Deze boeren zetten uit eigen middelen een boerderijtje op de grond van de grootgrondbezitter. Hun bestaan vonden ze in de verbouw van boekweit en in de schapen- en bijenhouderij. Daarnaast deden ze voor eigen verbruik wat aan vervening. De toenmalige burgermeester Weitkamp van Ambt Hardenberg vertelde toendertijd dat Kloosterhaar vroeger de welvarendste buurtschap zijner gemeente was waar boekweit en schapenteelt een ruim bestaan opleverden.
In 1862 werd hier een windkorenmolen gebouwd en er vestigden zich enkele bakkers. Door de werkgelegenheid die de vervening met zich meebracht, vestigden zich hier veenarbeiders, veelal uit Drenthe afkomstig. In 1892 werd hier vooral door veel inspanningen van godsdienstonderwijzer Fredriks (Fredriksstraat) een hervormde kerk gesticht, in 1894 gevolgd door een school (nu het dorpshuis). In 1904 schreef de toenmalige hoofdmeester J. Duijtsch (Duijtschstraat) nog een brief aan het gemeentebestuur met het verzoek tot aanleg van een weg, omdat wanneer men vanuit Kloosterhaar naar Hardenberg wilde dit alleen kon bij langdurige vorst of over Duits grondgebied!
Inwoners van Kloosterhaar hadden vroeger vrijstelling tot het betalen van invoerrechten.
Wonen en werken
Kloosterhaar is een dorp met ruim 1500 inwoners, 1509 in de gemeente Hardenberg en 54 in de gemeente Twenterand. Het dorp ligt op een hoge zandrug, tussen twee veengebieden. Eén naar het noord-westen richting Bergentheim dat geheel is afgegraven en nu in gebruik is bij akkerbouwers en veehouders. En één naar het zuiden richting Vriezenveen. Dit gebied is van grote natuurhistorische waarde en is ondergebracht in het 1000 hectare grote natuurreservaat “Engbertsdijksvenen”, in de volksmond “de Pluus” genoemd. Naar het oosten en zuid-oosten leunt het tegen de Duitse grens en het prachtige Twentse landschap aan.
Nadat het veen grotendeels verdwenen was en er zich nieuwe brandstoffen hadden aangediend (olie/gas), werd vooral ook door de grote woningbehoefte in Nederland het zeer geschikte zand dat hier was achtergelaten in de laatste ijstijd, ontdekt. In 1960 vestigde zich hier de “Anker” Kalkzandsteenfabriek, dat haar hoofdgrondstof zand, hier uit de bodem haalt. Ook andere ondernemers ontdekten hier het geschikte zand, zoals Sierink zand- en grind en Mega-Mix. Kloosterhaar heeft zich de laatste dertig jaar gestaag uitgebreid. De tegenwoordige uitbreiding van Kloosterhaar vindt plaats in het nieuwbouwplan “de Meerstal”.
Kloosterhaar is een dorp met karakter. Doordat het dorp vroeger erg afgesloten lag ontstond een hechte gemeenschap die tot de dag van vandaag bewaard is gebleven. Mensen staan klaar voor elkaar en voor de dorpsgemeenschap. Met als resultaat een bloeiend verenigingsleven en voorzieningen die beslist opmerkelijk zijn voor een dorp van deze omvang. Daar zijn we trots op. En we zijn er ook zuinig op.
Recreatie
In Kloosterhaar zijn tal van verenigingen actief. Naast de plaatselijke voetbalclub is er tevens een biljartclub, tennisvereniging, korfbal en volleybal. Bargnspop is een jaarlijks terugkerend evenement in Kloosterhaar. Met de opbrengst van dit evenement wordt zwembad De Bargns onderhouden.
Kloosterhaar ligt aan de rand van de Engbertsdijksvenen (de Pluus) en bezit een parkeerplaats met ingang tot het gebied.