Dopheide
Dophei is zo genoemd omdat de vruchten op notendoppen lijken. De meeste Europese soorten zijn dwergheesters van 20-80 cm hoog.
In onze heides en dan met name op de nattere stukken zie je meestal de bloemtrossen van de gewone dophei. De roze urnvormige bloemen zijn wat kleiner dan een cm en zitten met een groot aantal, meestal kom je tot zo’n twaalf bij elkaar, aan de toppen van de rechtopstaande stengels. Ook in hoogveengebieden kun je de fraaie roze bloemen van gewone dophei vinden.
Gewone dopheide vind je op natte tot vrij droge, zure grond; het is een soort van de natte heide en staat dus tegenover Struikheide als soort van de droge heide, die daar in feite de gewone dophei overvleugelt en verdringt. Na afbranden van de Struikheide, zie je vaak eerst de Gewone dopheide die dan later verdrongen wordt. De soort is in de Benelux algemeen, hoewel veel van de nattere heides in de afgelopen 150 jaar ontgonnen zijn.
Opmerkelijk is de vorstresistentie van Gewone dopheide. Bijvoorbeeld langs vennen waar de waterstand in de winter hoger kan zijn, kunnen de planten half boven het ijs uitstekend toch fotosynthetiseren en de winter overleven.